Het is een prachtige raadszaal. Mooie functionaliteiten. Nog een goed spreekgestoelte en wellicht wat banken langs de zijwanden of wat extra (luxe) klapstoelen op de achterhand…maar in het ‘huis van de democratie’ of ‘in de zaal van de democratie’ is er maar één antwoord op wat maakt deze zaal waardvol: hoe goed is het debat.

De zaal is verbouwd, nu de werkwijze van de raad nog.

In dat verband is het wrang dat in de nieuwe raadszaal, op de eerste avond, dat misliep. Voor mij persoonlijk (en voor voorzitter Kamiel overigens ook). Niet leuk als je iemand, zeker een partijgenoot zo moet afkappen. Kortom we komen terug op de vraag. Wat maakt een goed debat. We zijn aan de meeste fysieke faciliteiten tegemoet gekomen. Denk aan de intieme setting van de ‘debattafel’ die we nu hebben. Of de prima schermen die in de raadszaal hangen. Met ‘volgende camera’s’. Daarin is Hoogeveen weer in lijn met de referentiegemeenten. We hebben de afgelopen jaren ook trainingen gehad van ‘debat.nl’. Mannen die ik nog wel eens zie rondscharrelen in onze raadsvergaderingen. Het zou echt een politieke oplossing zijn door er een commissie op te zetten met een externe inhuur (natuurlijk dure landelijk expert) die veel geld kost en ons komt vertellen wat we eigenlijk al weten. Laten we bij ons zelf te rade gaan. Wat kunnen we zelf anders doen. Ik heb dat na donderdag gedaan. Ook ik (al dan niet van papier) zag de afgelopen jaren ook de kans schoon om op ieder ontwerp de wereld onze (of zelfs een beetje mijn) mening mee te delen. De microfoon ging open en dan komt er een betoog gestoeld op normen en waarden van CDA. Hopelijk de moeite waard om naar te luisteren. Bij anderen was ik dat na 2-3 minuten helemaal kwijt, maar dat zou men toch niet met mijn betogen hebben. Een beetje prediking doet de mensen goed heb ik steeds gedacht. De inwoners moeten toch weten waar we als CDA staan en waar dat vandaan komt. Grondprincipes en hele uitleggen hoe we van A naar B (onze mening over het raadsvoorstel) zijn gekomen. Kortom het debat kan verbetert worden als we ons zelf anders aan de D-tafel zetten. Met een andere insteek. De insteek moet zich richten op de uitzondering, het amendement, de wijziging, de aanvulling. Kortom ik stel voor dat we de volgende 10-geboden van het Hoogeveense Debat gaan invoeren. De volgorde is niet willekeurig

  1. Spreek niet over waar u het mee eens bent;
  2. Spreek over de vraag die het raadsvoorstel u stelt;
  3. Spreek in de eerste termijn duidelijk over de punten waar u het niet mee eens bent;
  4. Stel bij een punt waar u het oneens mee bent ook een oplossing aan raad en college voor;
  5. Zorg vooraf voor een goede onderbouwing en probeer deze niet nog tijdens de vergadering te vergaren;
  6. Maak de consequenties van uw keuze duidelijk;
  7. Geef duidelijk aan wat u wilt bereiken;
  8. Interrumpeer in eerste termijn alleen als u het punt niet duidelijk vind;
  9. Reageer in de tweede termijn op de punten die ieder van de debaters heeft ingebracht;
  10. De voorzitter rond het debat pas af als in tweede termijn alle meningen op de punten uit eerste termijn zijn behandeld.

Korte toelichting op bovenstaande 10 geboden van het Hoogeveense debat!

  1. Over alle onderdelen van het raadsvoorstel en de bijgevoegde plannen waar een partij het mee eens is hoeven we niets meer over te zeggen. Dit punt geldt voor eerste én voor tweede termijn!
  2. Vaak een simpel: ‘kan het door naar besluiten’? Of wij zijn akkoord met ‘geen zienswijze indienen’..
  3. Dit impliceert ook weer: heeft u geen punten waarmee u het oneens bent dan hoeft u in deze ronde niets te doen. Deze termijn is een korte inzameling van standpunten, argumenten, onderbouwingen en oplossingen. De tweede termijn is waar het vuurwerk begint. Tussen de termijnen is het mogelijk ook nog even te schorsen of zelfs lopende het proces (al dan niet via moderne hulpmiddelen of snel omdraaien) met de achterban te overleggen.
  4. Oneens zijn mag, maar dat is maar de helft van het punt. De andere helft is een oplossing. U kunt redelijk uitgewerkte oplossingen aandragen. De griffie kan u daarbij wellicht helpen, maar u kunt ook de oplossing op hoofdlijnen aan dragen en (via bijvoorbeeld) motie het college aan het werk zetten met de details. Vraag altijd wat de andere partijen van uw punt en uw oplossing vinden.
  5. U bent voorbereid als u in de raadszaal komt. Lukt u dat niet, dan is het beter om uw inbreng echt te minimaliseren. Het is niet toegestaan om ter plaatse via vragen aan college informatie te verzamelen. Technische vragen horen niet in de raadszaal. Het college komt past aanbod als zij door de voorzitter (na eerste termijn) om reactie zijn gevraagd.
  6. Zorgvuldigheid wordt van u gevraagd. Zorg daarom voor backup bij uw oplossing. Stel er over vragen aan ambtelijke staf. Vraag of griffie iets voor u kan uitzoeken. Maar gebruik van uw (schaduw-) fractiegenoten. Laat iets nakijken of doorrekenen. Anders loopt u de kans dat andere partijen uw voorstel ter plaatse ‘neersabelen’.
  7. Geef aan dat u overweegt amendement in te dienen? Of een motie? Dat u een zienswijze wilt voorstellen. Betrek daarbij uw ‘mede-indieners’ door hen te noemen, maar zij krijgen niet ook nog de kans een a of m helemaal uit te kauwen. De hoofdindiener spreekt namens alle indieners. Als u het niet eens bent met de hoofdindiener dan moet u zich zelf afmelden als indiener of schorsen om met de hoofdindiener te overleggen.
  8. Zoals gezegd, eerste termijn om ‘punten’ op te halen, ‘tweede’ termijn om reactie te geven. Het zorgt voor stabiliteit als de eerste termijn niet helemaal overspoelt wordt met interrupties. In de tweede termijn kan op argumenten met tegenargumenten gereageerd worden. De voorzitter bewaakt eerlijk en ordentelijk verloop. Heeft iemand 2 of zelfs 3 keer een zelfde interruptie geplaatst grijpt de voorzitter in. ‘Uw punt is duidelijk’ zou een gepaste reactie zijn.
  9. De partijen moeten er ook van op aan kunnen dat in de tweede termijn iedere partij reageert, zo mogelijk kort, op de ingebrachte punten. Is men het eens dan hoeft dat niet nogmaals helemaal in herhaling te schieten. We kunnen aangeven dat we het eens zijn en sluiten aan bij de argumenten die partij XYZ in eerste termijn heeft uitgesproken.
  10. Dit lijkt een heikel punt, maar is eigenlijk een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Partijen kunnen het debat zo laten ontsporen dat partij 7 of 8 helemaal niet meer aan een tweede termijn toe komen. De voorzitter hoeft in termijn 1 eigenlijk niet of nauwelijks op tijd te letten. Bij termijn 2 moet dat wel, herhaling en onnodige bevestigingen kan hij/zij aan de orde stellen. In termijn 2 moeten partijen redelijk vergelijkbare spreektijd hebben. Sowieso moet hij/zij het hele debat op de naleving van de 10 geboden letten.

Hiermee kunnen we het ‘Hoogeveense Debat’ een impuls geven. …..

 

Zo moet het dus niet…

Afgezien van het drankje (?) willen we hier ook niet naar terug….

Oud model, maar werkt het?