Blogje over de toekomst. Over het jaar 2045. Hoe ziet de economie d’r dan uit. Hoe ziet Afier Accountants + Adviseurs d’r dan uit? Wat moeten we de komende 20 jaar doen om dat eigenwijze, zelfstandige kantoor te blijven….? Eerst een persoonlijke inleiding.

Soms heb je de uitgesproken behoefte om vooruit te blikken. Ik had dat op 5 juni 2025 ook en eigenlijk had ik dat sinds 24 mei 2024 al. Toen vooral ook korte termijn. Wordt ik weer wakker en zal ik met ‘Fred’ mogen fietsen. Met onze twee blauwe petjes op…. Toen was dat nog codetaal van kleinzoon Brenn. Op 5 juni 2025 sprak ik tot een bomvolle Stadschouwburg over ‘in 2045 hoop ik hier weer te staan, hopelijk met voldoende ruimte voor onze rollator’….Dan zou ik 77 zijn en mogelijk als oude gast en medeoprichter het 40-jarig bestaan van de ‘mensen-voor-cijfers’ mogen bijwonen. Tot die tijd heeft ons kindje Afier nog een hoop onzekerheden voor de boeg. Zo gingen mijn gedachten. En altijd als ik vooruitkijken ga, dan gaan mijn gedachten naar oud-collega André. Ook wel H.J.A. Pastoor RA….deze blog gaat over de toekomst. Persoonlijk maar ook (macro-) economisch. Immers een intelligent kantoor als Afier (met 4 D’s als kernwaarden, waaronder D van Deskundig) kijkt nu al naar de economie van 2045. En dat nog wel in de Groningse stadskerk.

André Pastoor RA

In mei 1999 studeerde mijn toenmalige collega André Pastoor af als accountant. Samen deden wij controles in de Zwolse regio, we waren ook op 2 maand na even oud en stonden aan het begin van onze loonbaan (ik studeerde af als RA in 1998).De Koninklijke Tijl Offset was een bijzondere klant van ons.Ze werd later overwacht overgenomen door Roto Smeets en verdween daarmee uit Zwolle uit ons klantenbestand. Een laatste grote Zwolse drukker. Met het Shell stratenboek als #1 product. Times they are changing…

André werd niet lang na zijn laatste examen wat ziek. Griep? Het bleek echter heel anders te zijn. Hij bleek ernstig ziek en overleed op 3 september, echt RA is hij nooit geworden. Op een zonnige septemberdag werd hij op de begraafplaats door o.a. veel EY-collega’s naar zijn laatste rustplaats gebracht. Vanaf de A28 kun je de begraafplaats zien liggen en deze zomer fietste ik ‘rondje Zwolle’ en dan kom je direct langs deze enorme begraafplaats. Deze is online goed toegankelijk dus André was zo gevonden. Hij was nog steeds in de handpalmen gegrift en de muren waren nog bestendig.

Waarom deze persoonlijke opening? Sinds de afscheidsdienst van André door ds. Arie van der Veer denk ik regelmatig aan de vraag die André stelde aan zijn predikant. Inmiddels is Arie zelf ook overleden (14-september-2024). André vroeg aan Arie: ‘dominee, kunt u mij iets vertellen over mijn toekomst’. Wat een nuchtere vraag. In het licht van zijn terminaal ziek zijn een logische vraag. In de afscheidsdienst in de Noorderkerk te Zwolle ging het alleen maar over die vraag. Ik dacht aan de rups die niet weet hoe mooi hij als vlinder zal zijn. Vanaf die tijd is voor mij de toekomstvraag verbonden met André en Arie. Rij ik over de A28 ter hoogte van de afrit Zwolle-Noord dan groet ik André even. Inmiddels weet ik 26 jaar en 3 maanden later iets meer over die toekomst waar wij zo naar op zoek waren. Natuurlijk de aardse toekomst. De loopbaan als accountant, toen nog druk binnen Moret Ernst & Young. Hard werken, veel kilometers, mooie projecten….

E-awareness 2000

Een van die projecten was het ‘e-awareness-project’ in 2000. Samen met Koos Wolters RE mocht ik (inmiddels ook als RE afgestudeerd) aan de slag bij die toekomstgerichte project. Wij mochten (met enkele gastspreker) alle accountants van inmiddels Ernst  & Young (vanaf 2013 EY) voorbereid op de toekomst. Ze moesten e-aware worden. In zeer inspirerende omgeving in Utrecht mochten wij hen voorbereiden op de komst van e-commerce. Het internet was er al even (eerste transactie -een CD- was van 1994), maar handelen via het net dat was sterk in opkomst en Ernst & Young vond dat haar accountants qua inzichten en qua controlewerk daarop voorbereid moest zijn. Ze werden wij de toekomstverspreiders onder de Ernst & Young Accountants….vanaf dat moment ging ik met interesseren in de toekomst. Woonde diverse sessies van Adjiedj Bakas bij en vanaf de start met Afier schreef ik een terug- en vooruitblik.

In 2014 schreef ik over deze toekomstvoorspellers: Toekomst voorspellen – Kreuzeman en ik schreef (best een korte) voorspelling rondom de accountant van 20250….Accountant 2050 – Kreuzeman

Waarom Economie van 2045

Op 5 juni 2025 vierden wij het 20-jarig bestaan van Afier. Op 2 januari 2025 was ik in mijn ééntje even terug gegaan naar had pand aan de Handelsweg 6-8. Exact 20 jaar later stond ik daar weer. Voor dat ook toen lege pand. Hierbij het team uit 2006:

Dus op 2 januari 2005 ging ik ook alleen daar naar binnen. Iets later kwam Erik en zo zaten wij daar als eersten in het nieuw pand van Afier. De start van een avontuur. Wat zullen we eens gaan doen zeiden we tegen elkaar. Op 22 december 2004 hadden 7 klanten toegezegd de NAU te verlaten en klant bij ons te worden. De grootste 2 zijn nog steeds klant. Vesta Meubelgroep en Heuvelman Ibis. Dus laten we daar maar mee aan de slag gaan….

Op 5 juni 2025 was het feest. Ik weet nog goed dat ik in najaar 2004 een aantal accountants had geraadpleegd. Vriendelijke en minder vriendelijke accountants. De één zei gewoon letterlijk dat moet je als ex-EY-man niet doen. Je overleeft het MKB niet. De ander zei tegen zijn collega zonder dat hij door had dat ik het hoorde ‘die onderneming haalt het eerste jaar niet’. Daarom is het des te mooier dat zij de toekomst niet goed konden voorspellen. Afier haalde het prima. En werd een onafhankelijk, sterk merk. Met honderden goede relaties en dito klanten. Grote en kleine klanten, rustige en onrustige klanten. Alles is in 20 jaar voorbij gekomen. Maar op het podium die 5de juni sprak ik over het 40-jarig bestaan van Afier. Al op die plaats dacht ik aan ‘hoe zou dat zijn in 2045’? Haal ik dat, loop ik dan met rollator, ben ik een krasse knar, kom ik door de keuring van de cardioloog. Ook collega Christa dacht hetzelfde. Misschien moeten we eens in de toekomst kijken? Wat staat ons te wachten in 2045.

In 2005 hadden we nog geen smart Phone. Breedband internet was in opkomst. Mobiel was traag en duur. Heel anders dan 4G en 5G wat we nu niet meer weg kunnen denken. We wisten we niets van AI, niets van BI. Alles ging in excel. Zelfs onze urenregistratie deed Marjan in excel….We hadden nauwelijks Cloud applicaties. Geen elektrische auto’s (ik reed Volvo D5 – dikke diesel-) en er was geen zonnepaneeltje te vinden. Na de geboorte van een kindje ging je na 2 dagen weer aan het werk. Nam je misschien een weekje verlof nadat de kraamhulp haar werk had gedaan. In 20 jaar tijd is de economie enorm gedigitaliseerd. E-awareness bleek zeer op haar plaats….Ook bij Afier veranderde er heel veel. Waren we eind 2006 nog maar met 8 personen. Inmiddels is het hele team 96 personen groot. Met meerdere specialisaties, meerdere staffuncties en heel veel, heel slimme mensen. Dat alles bracht ons op de gedachte: hoe zou de wereld er bij staan in 2045. Over 20 jaar. Als de oprichters van Afier achter in de 70 zouden zijn. Zeg maar tussen 74 en 77….? Wat hebben de leerlingen van de basisschool van nu, de jonge accountants van Afier en allen die nog moeten afstuderen als voorland? Wat staat hen te wachten en hoe moeten we ons daarop voorbereiden. En dat wilde we op 11 november in één congres doen aan de hand van onze 3 grote thema’s die corresponderen met de 4 pijlers waarop Afier nu rust:

  1. Economie [link met Afier Auditors, Afier Accountants, spreker Kees Klomp]
  2. Fiscaliteit [link met Afier belastingadviseurs en Hamelwerth belastingadviseurs, spreker Femke Groothuis]
  3. ICT [link met Afier IT auditors – eigenlijk met alle pijlers-, met als spreker Jarno Duursma]

Natuurlijk waren er ook mooie break-out-sessies:

  1. Mensen-voor-cijfers hebben ook HR op de agenda staan. Door friend of Afier: Linata Rutgers. Fantastische sessie die zeer goed bezocht en ontvangen werd;
  2. VSME-rapportage door de volgende generatie Afieristen: Danniek Tuinstra en Ben Dröge;
  3. ECOnGOOD door Thijmen Mink en ondergetekende;
  4. AI in praktijk door onze eigen AI-liefhebber en IT-baas Peter Klein;

Een indrukwekkend slotwoord van jonge PhD-student Gerjan Zwiers…..over hoe keuzes uit het verleden de toekomst beïnvloeden. Geen lichte kost, maar een stevige doordenker voor allen in de Stadskerk…!

En was er aandacht voor de toekomst door 8 kinderen van groep van de nabij gelegen basisschool. Met vele kunstwerken aan de muur! Tenslotte onthulden we de (lelijke?) circulaire stoel die onze #toekomststoel zal zijn…Om andere keuzes te maken voor een duurzame wereld van morgen is het belangrijk om de toekomst mee te wegen in de beslissingen van vandaag. Dit doen we door letterlijk een lege stoel aan te schuiven als symbool voor de toekomst.  Zie ook: #Toekomststoel – Home

Nadat ik de opening mocht doen stonden wij stil bij 2045 aan de hand van de drie sprekers:

Van welke betekenis is de economie van 2045

Kees nam ons mee naar Mechelen. Een koploperstad in Europa als het gaat om nieuwe economie. Naar de vertegenwoordiger van Benin die hij daar sprak. Fascisme is luxe zei deze meneer. Wij zien de Gen-Z bij ons echt in opstand komen. Immers in Benin is klimaatverandering geen theorie meer. Kees nam afstand van een economie die gebaseerd alleen maar op BBP. Op financieel-economische waarde. Over bedrijven die werken aan zakelijke waarde. Maar wij mensen werken aan persoonlijke waarde. Immers de beste dingen in het leven zijn geen dingen. Zo werken we gezamenlijk aan maatschappelijke waarde. Aan welzijn in plaats van welvaart. Kees pleite er voor om in een opleiding bedrijfskunde stil staan bij armoedebestrijding. De oneliner van de dag voor mij was dan ook ‘zoek niet naar een gat in de markt, maar een gat in de maatschappij’.  Een bedrijf is een belangrijke entiteit in een veranderende samenleving. Een entiteit die sneller verandering kan omarmen dan overheden en politiek. Bedrijven kunnen gezamenlijk impact maximaliseren, daarmee klimaatverandering stoppen, biodiversiteitsverlies terugbrengen, milieu- en sociale schade tegen gaan. Kees ging op pad met professor Nancy Böcker. Over hoe sociale en milieu waarde van grote belang worden dan financiële waarde. Hoe maatschappelijke waarde de bedrijfswaarde overtreft. Hij legde de link met true pricing. Dus inclusief de kosten van milieu- en sociale schade. Over de branches die dan verlieslaten worden. De schade moet door de juiste partij betaald worden. En zijn bedrijven dan het probleem? Nee, zegt Kees ze zijn de oplossing. Bedrijf als Sheltersuite zorg voor een oplossing voor een maatschappelijk probleem. Die bedrijven vormen de nieuwe economie.

Kees is geïnspireerd door nieuwe bedrijven, sociale bedrijven. Hij noemt als voorbeeld Bernie Glassman de grondlegger van social enterprises en van open hiring. Het concept van de bekende bakkerij Greyston in New York. In bijlage bij dit blogje het verhaal van dit bijzondere bedrijf. Conclusie: Kees verwacht veel van betekenisvolle bedrijven…!

Hoe betalen we dan belastingen

De boodschap van Femke Groothuis van Ex’tax is simpel: we moeten de schade belasten! Zo startte ze met Ex’Tax.

Eindelijk na het 10 jaar geleden ook getracht te hebben is het gelukt. We hebben Femke Groothuis van Ex’tax op ons congres. De voorvechtster voor tax shift voor verandering door verandering van het belastingstelsel. Andere belastingwetten zorgt voor andere businesscases. Meer sociale en minder milieubelastende industrieën worden daarmee aantrekkelijker. Dit veranderen is het belasting-deltaplan. De politiek zal hier nog jaren mee bezig zijn, maar Femke’s lobby gaat al 16 jaar door. Ze staat in Nederland en in Europa op grote podia van belastingwetgevers. Ze blijft pleiten voor het deltaplan ‘nieuwe belastingen’, zoals ze geïnspireerd werd door Eckart Wintzen. De man die postuum ook Afier zo inspireerde met zijn ‘Eckart’s notes’.

‘De belastingverschuiving waar Ex’tax voor staat, is een idee van Eckart Wintzen. Hij was mijn baas bij een groen investeringsbedrijf waar ik in de jaren 90 werkte. Eckart zette sinds 1990 de milieu-impact van zijn bedrijf BSO Origin in het jaarverslag en liep toen al rond met het idee dat de overheid belasting zou moeten heffen op ‘onttrokken waarde’ in plaats van op ‘toegevoegde waarde’. Onttrokken waarde is dan vervuiling en verbruik van natuurlijke hulpbronnen. Toegevoegde waarde is arbeid: vakmanschap en creativiteit.’  ‘Dat we ons fulltime toelegden op het uitwerken van het idee van belastingverschuiving – Eck’s tax, vandaar Ex’tax – was toen niet vanzelfsprekend. Klimaatverandering, grondstofschaarste en vervuiling waren nog helemaal niet top of mind en belastingen werden vaak gezien als een vast gegeven. Ook door ondernemers: ‘Dat zijn nou eenmaal de spelregels en daarbinnen moet je het zien te rooien’. We wilden er meteen fiscaal experts bij, dus we startten met een werkgroep met belastingpartners uit de Big Four. Die eerste meeting hadden we echt wat uit te leggen. Niemand dacht dat we überhaupt de handen op elkaar zouden krijgen voor een verandering in het belastingstelsel. Het is natuurlijk geen lekker onderwerp. Belasting is saai en complex en staat ver van mensen af.’

Maar Femke zegt: ‘Ik houd moed omdat ik echt geloof dat een slimmer belastingstelsel zoveel dingen beter kan maken. Ik zie voortdurend overal redenen waarom dit kan helpen. In een arbeidsintensieve sector als de zorg, bijvoorbeeld. En aan het zorgstelsel zelf: met een tekort aan handen aan het bed, oplopende zorgkosten en ziektes als astma die verergeren door vervuiling. In veel verkiezingsprogramma’s staan de principes ‘de vervuiler betaalt’ en ‘werk moet lonen’. En er zijn stappen gezet naar implementatie. Maar we lopen in de politiek vaak vast in discussies over één maatregel. The devil is in the detail.’ Kortom verandering in belastingwetgeving zal Afier niet bewerkstelligen, maar dat andere zaken belast gaan worden of zwaarder belast gaan worden dat is een voorspelling die we meenemen naar 2045!

Onze hulpmiddelen in 2045

In de middag stond Jarno Duursma op het podium. En in de hele zaal was er niemand die moeite had wakker te blijven. Met een stevig en onderhoudende presentatie nam hij ons mee naar de impact van AI op ons werk. De komst van de digitale kenniswerker! Daarmee zo voorspelde Jarno is nog maar 15% van de topkenniswerkers van toegevoegde waarde. We gaan daarbij van chat, naar voice naar een relatie. De AI-collega is dichterbij dan ooit. Niet alleen voor kenniswerker en dus accountants en adviseurs, maar ook voor staffuncties. Bij ons en bij onze klant. Juridische zaken kunnen nu al voor 80% via chatbot goed worden afgehandeld. En het gaat snel. De grootste opgave is niet de AI, maar de menselijke weerstand. Dit vraagt nog de meeste aandacht bij AI-implementatie. Toch komt tie er dan, de ‘colleague as a service’….Jarno zijn voorspelling gaan maar 6-7 jaar vooruit. Dus in 20 jaar gaat het nog 3 keer groter worden…grote bedrijven hebben overigens al over 3 jaar AI-collega’s voor iedere medewerker….en de opleidingen zullen stil staan bij het juiste ‘prompting’. Dus hoe stuur jij jouw AI-collega aan? Chatbots worden onze poortwachters…onze extreem snelle helpers: Jarno heeft deep research gedaan. Hij liet AI 263 artikelen lezen en de AI-tool Gemine schreef er in 13 minuten een goed artikel over. Zelf was hij hier minimaal 2 dagen mee bezig….We zullen nooit meer zonder tools als Nootbook LM kunnen….Dus bouw in Notebook LM als bedrijf of als persoon je eigen database. Vanuit honderden of duizenden bronnen maak je via de chat artikelen, maar inmiddels ook een podcast.

O ja, Jarno stond ook nog even stil bij het energieverbruik. Datacentre’s gebruiken volgens zijn bronnen in USA maar 4,4% van alle energie. En inmiddels is in USA 40% van de energie duurzame energie. Dat probleem moet dus te tackelen zijn…..begreep ik uit deze vergelijking.

Ook op de NBA-dag sprak men over de AI-assistent. Sterker nog een deel van het dagvoorzitterschap op deze NBA-dag in november 2025 werd door een AI-assistent Melissa gedaan….

Conclusie?

In het artikel over de accountant van 2050 [zie Accountant 2050 – Kreuzeman] schetste ik een beeld van de accountant als informatie regisseur en persoonlijk nog interessanter die van de transparantie architect. Sommige zaken van 11 jaar terug zijn al wel uitgekomen. Het fenomeen ‘virtuele ontmoetingsplaats’ kennen we sinds 2020 allemaal. Wekelijks gebruiken we meerdere malen Teams om elkaar digitaal te ontmoeten. Kortom de voorspellingen gaan door. Wat kan Afier nu met de betekeniseconomie, met tax shift of met AI-collega?

Vandaag op 11 september 2025 is Afier gestart met de Next 20 Years! In de stadskerk te Groningen. In bij zijn van zo’n 100 getuigen….die natuurlijk ook gestart zijn met hun komende 20 jaar….wat een mooie reis zal dat zijn. Als Afier zijn we gestart met:

  1. AI&BI-team. Robby, Jarno, Roy, ondersteunt door Peter, Brian en Derk werken aan dashboard, data-analyse en de co-pilot. Dat doen ze zo goed dat de SRA ze inmiddels wil inhuren als hulp voor het hele SRA-beroep. Soort AI-awareness….deze collega’s van vlees en bloed zijn druk met onze Ai-collega. Hebben wij in 3 jaar tijd allemaal een AI-collega?
  2. Impact-team. Danniek, Ben, beetje Thijmen en ondergetekende zijn bezig met de transformatie van diverse klanten. Natuurlijk met hoe stuur je transformatie, hoe implementeer je een nieuwe strategie, maar vooral ook wat is nodig om toekomstbestendig en dus van betekenis te blijven. Daarmee werken we aan een groot doel: bedrijven betekenisvol maken. Meer Agape in bedrijven zou je kunnen zeggen als je door Greyston geïnspireerd wordt!
  3. Belastingadviseurs en Hamelwerth zijn nog niet van ‘tax me now’, maar kijken altijd open en realistisch naar de fiscale mogelijkheden. Oudgedienden Albert en André zijn als inspirator aanwezig, maar Rolf, Timo en Sanne met hun team werken aan de belastingheffing van morgen ook werkt Rolf aan de Afier Foundation. Daarmee zouden wij nog iets meer betekenisvol kunnen worden….

Afier is begonnen aan de next 20 years. Het was inspirerend en intrigerend. Wat steeds ons te wachten. We denken dan aan een zelfstandig en eigenwijs kantoor met veel intelligente en toekomstgerichte professionals, met oog voor de menselijke maat. En allemaal mensen die werken aan die nieuwe toekomst. Immers:

Ja, André, de toekomst is heel anders dan in 1999 door ons werd voorzien. Gelukkig geloof ik nog steeds in de woorden van Arie van de Veer. En denk dan maar: ‘als rups weet ik niet hoe mooi ik als vlinder zal zijn’.

 

 

 

 

Bijlage: verhaal van Greyston Bakkery

Iedereen kan brownies bakken. Dat was het uitgangspunt van zenmeester Bernie Glassman toen hij besloot om samen met collega-monniken een bakkerij te starten in een verlaten lasagnefabriek in Yonkers. Uitgangspunt voor de boeddhisten was iets te betekenen voor daklozen en werkzoekenden net ten noorden van Manhattan. Bij de start van Greyston Bakery in 1982 werden de werkzaamheden uitgevoerd door de monniken en maakten de opbrengsten de goede werken van de boeddhisten mogelijk. Na verloop van tijd begon Glassman de arbeid te zien als een belangrijke bijdrage aan het welzijn van de dak- en werkloze inwoners van Yonkers. Inmiddels bakt Greyston Bakery zo’n 4 miljoen kilo brownies per jaar voor onder meer Ben & Jerry’s, Wholefoods en Delta. Het bedrijf is bijzonder omdat het geen mensen in dienst neemt om koekjes te bakken. Ze bakt koekjes om mensen in dienst te nemen. Glassman zag in dat elke mens behoefte heeft aan een (arbeids)omgeving waarin zij of hij zich kan ontwikkelen, relaties kan ontplooien met anderen en een bijdrage kan leveren aan een gezamenlijk resultaat. Het bakken van brownies is daartoe een geschikte activiteit. Ieder mens kan het, en als dat nog niet zo is, dan kun je het snel leren. Bij Greyston staat meedoen in de onderneming en de samenleving voorop. Niet je CV bepaalt of je werk krijgt, maar je wil om voor het bedrijf te werken. Werkzoekenden kunnen intekenen op een lijst en wie aan de beurt is, kan aan het slag – no further questions asked. Het systeem staat bekend als ‘open hiring’.

 

Omdat Greyston investeert in opleiding en training van haar medewerkers, krijgen bakkers de kans door te stromen naar ander werk – zowel binnen als buiten de onderneming. Het past in het streven naar continuïteit in het verbeteren van het welzijn van kansarme leden van de gemeenschap, zoals ook blijkt uit de missie en visie van de onderneming:

‘Greyston unlocks the power of human potential through inclusive employment, one person at a time.’

Het bedrijf geeft daarmee aan oog te hebben voor de waarde van ieder mens en diens verdere ontwikkeling binnen de context van een arbeidsorganisatie. Tegelijkertijd bewijst het zichzelf een dienst. De motivatie van de medewerkers is enorm, terwijl Greyston kosten bespaart op de acquisitie van personeel. Anders dan aandacht te besteden aan iemands verleden is het belangrijk, aldus voormalig topman Mike Brady in The New York Times, om te focussen op de toekomst. Het geld dat je daarmee bespaart kun je nuttig inzetten voor andere doeleinden:

“Let’s use those dollars to do an inclusive hiring model and train people rather than worry about the past. Worry about the future.”

Daarmee brengt Greyston enkele dimensies van (de organisatie van) arbeid samen die van belang zijn voor het bedrijf, het individu en de samenleving. Die dimensies brengen wij samen onder de noemer van agape of ‘het commitment aan het welzijn van iemand of iets anders’. In dit geval is de ander de werkende mens. In de relatie met medewerkers verwijst agape naar het respect voor het individu, hun kansen zich te ontwikkelen in hun werk en als persoon en gezamenlijk bij te dragen aan een tastbaar eindproduct waar ze trots op zijn. Greyston geeft medewerkers het gevoel dat ze ertoe doen. Ze verwerven een inkomen en erkenning en dat leidt bij velen tot meer zelfrespect .

Nu zijn er wel meer bedrijven die een goed personeelsmanagement voeren waarbij medewerkers de kans krijgen zich te ontplooien in en buiten de arbeid. Deze bedrijven zijn gericht op het opbouwen van een tot wederzijds voordeel strekkende relatie met medewerkers en geven daar ook concreet handen en voeten aan. Het voorbeeld van Greyston gaat een stapje verder. Niet alleen diskwalificeert een verkeerde stap in het verleden – zoals een crimineel verleden – de werkzoekende niet om te worden aangenomen, ook helpt het bedrijf medewerkers de uitdagingen die het verleden met zich brengt een plaats te geven. Neem Jennifer Jorge. Op haar veertiende verliet ze school, verzeilde in slechte relaties en had problemen met haar geestelijke gezondheid. Ze kreeg een baan bij Greyston, maar kwam regelmatig te laat of ging te vroeg weg. Waar veel bedrijven Jennifers contract zouden hebben beëindigd, investeerde Greyston juist in haar:  Zie https://www.greyston.org/annual-report-2020  New York Times, 19 May 2019, No Background Check, Drug Test or Credit Check. You’re Hired!

Naast personen kan het commitment zich ook richten op het welzijn van dieren of de natuur. Vandaar dat we spreken over ‘iemand of iets anders’.  Niet iedereen blijkt succesvol te aarden binnen het bedrijf. Dat laat onverlet dat de waarde van ieder individu centraal blijft staan. Dit leidt ertoe dat vervolgens, samen met het individu, wordt gekeken of er een andere plaats is buiten de onderneming waar hij of zij beter tot zijn recht komt.  “They told me: ‘we see things in you,’” Ms. Jorge said. ‘We’re going to put the work aside right now and get you what you need.’” Vervolgens zorgde het bedrijf voor een therapeut die Jennifer hielp haar leven op orde te krijgen. Dat pakte goed uit voor haar en voor het bedrijf. Ten tijde van het interview werkte ze tweeënhalf jaar naar tevredenheid bij de onderne[1]ming uit Yonkers. Het voorbeeld laat zien dat Greyston, een gecertificeerde B-Corp sinds 2008 , denkt en handelt vanuit de behoeften en belangen van de ander. Niet het eigenbelang staat voorop maar wat de van oorsprong Litouwse filosoof Emmanuel Levinas aanduidde als ‘het gelaat van de ander’. Dat gelaat doet een beroep op ons en stelt ons in staat verantwoordelijkheid te nemen. Centraal staat daarmee de alteriteit – het anders zijn van de ander dat wordt (h)erkend, gerespecteerd en als uitgangspunt genomen wordt voor het handelen. Brady zei daarover in de New York Times:

“Our interest is making sure they come to work and are successful. (…) We don’t care what the problem is. We need to help them overcome it.”

Dit voorbeeld toont de kern van agape als een praktijk die uitstijgt boven empathie, sympathie, liefdadigheid, compassie, of onbaatzuchtigheid. Greyston luistert naar de individuele medewerker, hoort wat zij of hij zegt en kijkt vervolgens hoe die medewerkers het best ondersteund kunnen worden in het realiseren van hun potentieel: one at a time. Het agapeïsch perspectief gaat daarbij niet uit van de belangen en behoeften van de onderneming, maar van de door de werknemer ervaren en gewenste waardigheid en ontwikkeling. Vanzelfsprekend krijgt dit perspectief vorm en kleur tegen de achtergrond van de organisatie – de missie en doelstellingen, de onderlinge relaties, de wijze van besluitvorming, de onderlinge samenwerking, de gerealiseerde producten en diensten, enzovoorts. Greyston lijkt op het eerste oog uniek in haar visie op arbeid en ondernemen. De vraag is of meer doorsnee bedrijven zich herkennen in (aspecten van) deze aanpak. In hoeverre luisteren bedrijven naar hun werknemers en nemen zij het streven naar onder meer persoonlijke groei, waardigheid, sociale relaties, of bijdragen aan een gemeenschappelijk resultaat als uitgangspunt voor hun bedrijfsvoering?

Bron: professor Dr. Harry Hummels in zijn onderzoek naar Agape in vier Nederlandse bedrijven.  WENDING_naar_WELZIJN_in_WERK_okt_2021.pdf