Vorig week werden (uniek in de parlementaire historie) de notulen van de ministerraad van 2019 gepubliceerd. RTL Nieuws had Nederland op de kop gezet met sensibiliseren en CDA-ministers kregen volle laag omdat Pieter Omtzigt teruggefloten was of terugfloten zou moeten worden. Na een weekje lezen, luisteren dit blogje. Natuurlijk genuanceerd….

Ik heb de notulen gelezen. En nogmaals gelezen. Dankzij (oude) interviews met Omtzigt, historische feiten, nadere analyse en de podcast 187 van Betrouwbare Bronnen zie ik er ook andere zaken in naar voren komen. Zaken die de ‘zaak Omtzigt’ weer in een ander perspectief zetten. Centraal in dit blog staat de uitspraak van Ruud Lubbers over de toenmalige fractievoorzitter Bert de Vries.

‘Hij is als slagroom, hoe meer je klopt, hoe stijver hij wordt’.

Wat is sensibiliseren en is het erg

Het niet alledaags Nederlandse woord sensibiliseren slaat veelal op ‘iets of iemand ergens gevoelig voor maken’. Eigenlijk iemand proberen te overtuigen van jouw standpunt. Eigenlijk is de politiek één en al sensibiliseren. Als er een besluit moet worden genomen dan gaat men proberen een gezamenlijk standpunt in een fractie te bewerkstelligen. Vaak is de regering of zo u wilt een college degene die met een voorstel komt. Of het nu een feitenrelaas rondom de jarenlang slepende toeslagenaffaire is, of een gemeentelijke begroting of nog concreter de aanleg van een theater of een zwembad-ijsbaan-combinatie. Politici kunnen zaken verschillend zien en dan probeert de initiatiefnemer de ander gevoelig te maken van zijn of haar standpunt. Sensibiliseren. Doornormaal zou je zeggen, de politiek zit er vol mee.

Eigen ervaringen

In 2017 lag een voorstel in Hoogeveen (op een ingelaste vrijdagavond) op tafel om in Hoogeveen voor miljoenen een Zwembad-Ijsbaan te bouwen. Wethouders hadden het laten doorrekenen. In de fractie waren critici en uitgesproken tegenstanders. Dus dan wordt er gesensibiliseerd. Standpunten uitgewisseld en argumenten gedeeld. Soms mild, soms stevig. Soms volgt er een telefoontje vanuit oudgedienden of vanuit een bestuurslid. Uiteindelijk staat een kamerlid of een raadslid stevig in haar of zijn grondwettelijke recht. Zelf kwam ik uit in 2017 op ja, mits. Maar Hilma en Hetty op nee. En daar was ook ruimte voor. Zelfs als een besluit daardoor kantje boord net wel of net niet zou worden aangenomen. Daardoor drukt er wel verantwoordelijkheid op een individueel lid.

Bijzonder om te lezen hoe dat in het CDA ging rond 1979. Vlak voor de oprichting van de partij en een tweede kamer fractie (toen al federatie van drie partijen) die bestond uit 10 dissidenten. Zij die rondom de plaatsing van 48 kruisrakketten een ander standpunt hadden. Hoogeveen is nauw verbonden met deze dissidenten doordat mede daardoor wij in Dr. Sytze Faber als burgemeester mochten verwelkomen. De dissident Faber was van 1977 tot 1985 tweede kamer lid en werd in 1985 onze burgemeester. Hij bleef dat tot 1998. En in mijn beleving zegt nog iedereen tegen de 84-jarige burgemeester. Faber wilde tegen de kruisrakettenplaatsing stemmen. Maar hij werd volop gesensibiliseerd. Uiteindelijk na lange nacht debatteren gingen de (meeste) loyalisten of dissidenten overstag. Lubbers, eerst fractievoorzitter die op dit onderwerp botst met premier van Agt, werd vervolgens zelf premier verzon tientallen ‘trucs’ om de komst te voorkomen. Zo verzon Lubbers na tal van varianten op 1 juni 1984 een nieuwe: Nederland zou pas kruisraketten plaatsen indien de Sovjet-Unie op 1 november 1985 meer dan 378 SS-20 kernraketten zou hebben gestationeerd.

Daarmee kon hij de raketten nog weer even buiten de deur houden. Uiteindelijk zijn ze er nooit gekomen. Hoewel onvergelijkbaar, in Hoogeveen kwam ik in een vergelijkbare situatie. Het college wilde de IJZ-combi. Inmiddels was het na de verkiezingen 2018 wat veranderd. Ook in de CDA-fractie. Maar nieuwkomer Aaf-Tineke bleef in de voetsporen van Hilma ook tegen de IJZ-combi. De fractie van 8 was inmiddels een fractie van 7 en de verhouding 5 voor en 2 tegen zou zorgen voor gevaar voor college omdat de oppositie een motie van wantrouwen had aangekondigd. Vrijwel vergelijkbaar met van Agt zijn situatie. Ondanks sensibiliseren bleef de fractie overigens stand op de punten waarop ze staat. Dan komt vaak de ultieme kwestie: is dit je waard om kabinet of college naar huis te sturen. Gelijk de kruisraketten….nogmaals onvergelijkbaar, maar zelfde politieke ‘spel’. Daarom kwam ik met mijn eigen 378 SS-20-rakkent voorwaarde. In november 2019 maakte ik (met hulp van de fractie) de motie ‘duidelijkheid IJZ’. Daarin 6 hoofdvoorwaarden waaraan een IJZ-combi moest voldoen. Iedereen zag dat dit pittige (toen niet haalbare) voorwaarden waren. Maar de gemeente ging aan de slag en zag in zomer 2019 de IJZ-combi net als 48 kruisrakketten als sneeuw voor de zon verdwijnen.

Historie van CDA rondom sensibiliseren

Premier Jo Kals en de nacht van Schmeltzer. KVP-ers die elkaar naar het politieke leven stonden…De loyalisten van 1979-1985 rondom boycot van Zuid-Afrika, uitvoervergunning van Urenco of de plaatsing van de genoemde kruisraketten.  Kamerleden Koppejan en Ferrier. Twee tegenstemmer inzake samenwerking met de PVV in 2010. Maar ook van Agt op het congres in Arnhem, oud-minister Hirsch Ballin of Ab Klink. CDA is altijd al een partij met veel (intern) tegengeluid. Oud-wethouder te Hoogeveen, Anno Wietze Hiemstra, zei altijd ‘de lastigste partij voor mij als CDA-wethouder is de CDA-fractie’. Dus als je het fractieoverleg doorstaan had, kon je d’r vanuit gaan dat je iets voor elkaar kreeg. Is die fractie verdeeld, dan krijg je een moeilijke route….op dat nu nog zo is….?

Binnen CDA zijn dus in tijdperk van Agt met Lubbers en Alberda veel contact waardoor er gesensibiliseerd moest worden. Toen Lubbers zelf premier was wilde hij graag 1e kamerfractievoorzitter Ad Calland graag sensibiliseren. En zo kan ik nog wel even doorgaan.  Dus gaandeweg een politieke periode is sensibiliseren een veel gebruikte term en worden er diverse personen gesensibiliseerd….. Het wordt pas spannend als het op samenstellen van de lijst voor de nieuwe kamer of raad aankomt. Dan worden de kaarten geschud en wordt gekeken naar wel/niet loyaal zijn geweest. Pieter Omtzigt is natuurlijk bij uitstek een voorbeeld hoe dat soort zaken gaan. Na zijn eerste periode kwam hij een paar keer op lage plaats te staan…. Dus de echt pijn van het dossier ‘slagroom’ zit voor mij in de samenstelling van kieslijsten. Natuurlijk heeft de kiezer het laatste woord. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat Pieter Omtzigt na 18-jaar Kamerlidmaatschap en vele kritische vragen daarom op plaats 2 gezet is. De kiezer zou hem toch wel naar een hoge klassering stemmen. Daarmee is het democratisch gehalte op dat punt weer goed gelukt…maar dat gaat niet voor iedereen op. Neem een andere hoofdrolspeler van CDA uit de toeslagenaffaire: Chris van Dam….met 9.360 stemmen had hij niet genoeg om van plaats 47 af te komen en gelijk Pieter Omtzigt met voorkeur gekozen te worden…de sleutel ligt dan bij de leden in de ledenvergadering die een lijst vaststellen. Zij mogen geen klapvee zijn voor een bestuur of zelfs een vertrouwenscommissie. Dat is ook democratie. Een reden waarom ik  NOOIT op de PVV zal stemmen en ik het een enge partij blijf vinden.

Sensibiliseren is van alle tijden en alle partijen

We noemden van Agt en Lubbers, kampioenen sensibiliseren van het CDA. Volgens historici was het ‘meedenken’ van Lubbers legendarisch en het tegenovergestelde van Rutte. Die juist vaak zich niet bemoeid en  zijn vakminister zelf het klusje laat opknappen. Zo lezen we in de notulen dat Tamara van Ark door Rutte richting Menno Snel geduwd werd om het probleem van het feitenrelaas van de toeslagenaffaire op te maken. Ook een premier die stevig sensibiliseerde was oud-vakbondsman Wim Kok. Zijn sturing van zeer nadrukkelijk. Toen Rottenberg en Vreeman binnen PvdA in Kok II wat vernieuwing wilden doorvoeren ging dat op z’n minst niet van harte bij Kok. Ook toenmalig fractievoorzitter Ad Melkert moest volgens Kok gesensibiliseerd worden. Adri Duijvestein deed in het AD vorig week ook een boekje open over sensibiliseren binnen zijn partij. Maar er zijn overal voorbeelden te vinden van sensibiliseren. GroenLinks probeerde het bij Kamerlid Zihni Özdil toen hij kritisch was over het afschaffen van de basisbeurs. Geert Wilders ging de strijd aan met Hero Brinkman die de deuren van de PVV wilde opengooien. Oud-Kamerlid voor de SP Sharon Gesthuizen klaagde dat er in de fractie weinig ruimte was voor kritiek. Opvallend is de houding van een CU in het laatste kamerdebat. Segers had veel kritiek op het sensibiliseren terwijl we toch duidelijk in de notulen kunnen lezen dat vice-premier Carola Schouten heel duidelijk partij kiest tegen de lastige Omtzigt…kortom het wijzen van andere partijen naar CDA en zelfs het eisen van excuses van Hoekstra aan het adres van Omtzigt lijkt een kwestie van selectief geheugen en het bemoeien met een CDA-zaak. Want Hoekstra, Bijleveld en andere hebben echt nu wel de nodige contacten met Omtzigt.

Historie van Omtzigt

Het is relevant om de historie van Pieter Omtzigt binnen het CDA te kennen om daarna met die bril naar de notulen te kijken. Omtzigt komt in 2003 in de tweede kamer. Niet via de gebruikelijke partijlijnen vanuit een gemeente of provincie. Maar Jan Peter Balkenende ontdekt hem al in 2002. De CDA-premier raakt na een gesprek over belastingen onder de indruk van de econometrist, die dan op het punt staat om zijn promotieonderzoek af te ronden. Die jongen moet op de lijst, meent Balkenende.

Niemand weet dan precies wie Pieter Omtzigt is. Dat duurt niet lang. Eenmaal in de Kamer slaagt de debutant en nieuwbakken pensioenexpert erin om de partijtop tegen zich in het harnas te jagen. Omtzigt ontdekt dat president Nout Wellink van de De Nederlandsche Bank (DNB) een wel erg royale pensioenregeling heeft. Het lijkt geen aanlokkelijk thema voor een coalitiepoliticus. Het kabinet zit niet op gedoe te wachten. Wellink is ook nog eens een prominent CDA’er.

Toch laat Omtzigt de zaak niet rusten. Het Kamerlid spit het pensioenreglement door, stelt midden in de zomer een batterij Kamervragen en dient samen met de oppositie een amendement in. Het komt hem op de toorn van Wellink te staan. De centraal bankier noemt de kritiek van Omtzigt ‘tendentieus en kwetsend’.

Intern wordt er dan al het hoofd geschud. De Groningse hoogleraar Henk de Haan, op dat moment de financieel specialist van het CDA, omschrijft Omtzigt later als ‘een cijfersnuffelaar’. PG Kroeger memoreert in zijn podcast 187 een andere vroege kwestie tussen Omtzigt en de AJ de Geus. De vakbondsman die als CDA-minister van sociale zaken de boel op orde moet brengen. Het komt met operatie Walvis. Pieter Omtzigt weet herhaaldelijk de berekening van de minister (en natuurlijk zijn ambtenaren) te kraken en daarmee krijgt de Geus het steeds lastiger. Dus moest er gesensibiliseerd worden. In december 2020 zegt Pieter (samen met Ayfer) op de bank in de kerstuitzending van RTV Oost. Als ministers mij gaan tegen werken, dan krijgen ze nog meer vragen van mij voor de kiezen. Hij lacht er niet eens bij, maar is dodelijk serieus.

De eerste vier jaar van Omtzigts politieke leven is geen doorslaand succes. Hij blijft onder aan de lijst bungelen. In 2003 komt Omtzigt op plek 51 binnen, in 2006 staat hij op plek 37, in 2010 rest de dan onverkiesbare plek 29. Alleen omdat enkele CDA-Kamerleden doorschuiven naar het kabinet-Rutte I komt Omtzigt uiteindelijk met een half jaar vertraging toch weer op het Binnenhof terecht. Die bijna-doodervaring is volgens een ex-fractiegenoot ‘traumatisch’. De briljante econometrist is verworden tot een ‘reserve-Kamerlid’.

Als het kabinet-Rutte I in 2012 in vlammen opgaat, lijken de dagen van Omtzigt geteld. Het CDA wil verjongen. Tweederde van de fractie moet eruit, inclusief Omtzigt. Alleen denkt die daar anders over. Een wonderlijke affaire volgt. Niet alleen snakt het CDA in 2012 naar nieuwe gezichten, er moet ook meer discussie en vernieuwing komen binnen de fletse bestuurderspartij. Een van de voorgestelde innovaties: voorverkiezingen waarbij leden in de regio zelf mogen bepalen welke lokale kandidaat het hoogst op de lijst komt. De eerste proef vindt plaats in Overijssel, toevallig de provincie van Omtzigt.

Die besluit te vechten voor zijn laatste kans en gaat de strijd aan met streekgenoot Eddy van Hijum, de favoriet van de partijtop. Op de dag van de primary, 1 juni 2012, zitten de leden al in een zaaltje in Nijverdal. Alles wijst erop dat de aanhang van Omtzigt in de meerderheid is, maar dan wordt er opeens ingegrepen. De voorverkiezingen gaan op de valreep toch niet door, laat de provinciale CDA-voorzitter weten. Omtzigt en Van Hijum zijn zulke goede kandidaten dat ze allebei worden voorgedragen voor een mooi plekje op de lijst.

Aanhangers van Omtzigt voelen nattigheid. Terecht, blijkt enkele weken later. Van Hijum komt op plek zeven; Omtzigt wordt afgevoerd. In een kort telefoontje vraagt partijvoorzitter Ruth Peetoom of hij de eer aan zichzelf wil houden. Slechte zaak. Geeft Omzigt op? Nee, er breekt in Overijssel een opstand uit onder de leden. Medestanders laten in regionaal dagblad Tubantia weten dat Omtzigt ‘met gemak’ de primary had gewonnen, dat hij het slachtoffer is geworden van ‘politieke spelletjes’ en dat de partijtop heeft gezocht naar ‘een stok om de hond mee te slaan’. De ene na de andere lokale afdeling sluit zich aan bij een initiatief om hem alsnog op de lijst te krijgen. Uiteindelijk komt Omtzigt op de onverkiesbare 39ste plek terecht, maar zijn naam in Overijssel is gevestigd. Omtzigt heeft zo’n 16 duizend voorkeursstemmen nodig om in de Kamer te komen; hij haalt er na een intensieve campagne bijna 37 duizend. Zeker één uit Hoogeveen…

Zo begint een wonderlijke tweede periode van zijn politieke leven. Niet alleen heeft Omtzigt nu zijn eigen mandaat, hij hoeft ook geen rekening meer te houden met kabinetsbelangen van zijn partij. Het CDA blijft in de oppositie. Omtzigt groeit uit tot een plaag voor Rutte II. Hij bijt zich vast in de Bulgarenfraude die staatssecretaris Frans Weekers de kop kost, voert campagne tegen de funeste gevolgen van de btw-verhoging voor de grensregio, brengt minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) aan de rand van de afgrond na een affaire rond forensisch expert George Maat, wekt met zijn kritische vragen de toorn van ECB-baas Mario Draghi en brengt Eric Wiebes in het nauw als een reorganisatie bij de Belastingdienst in de soep loopt. Zijn populariteit groeit, maar de fricties blijven. Zo wekt Omtzigt wrevel binnen de CDA-top door te spitten in de affaire rond Joris Demmink, de ex-topambtenaar die al jaren zonder overtuigend bewijs in verband wordt gebracht met seksueel misbruik. Ook zijn kritische EU-houding valt niet overal goed. De pro-Europa-vleugel ziet in hem een van de roergangers achter het ‘nee’ van het CDA tegen het associatieverdrag met Oekraïne. Ook Omtzigts kritische optreden na de MH17-ramp leidt tot gefronste wenkbrauwen. Een withete premier Rutte vindt dat de CDA’er ‘een politiek nummertje’ maakt van de ramp en spreekt over ‘beneden-de-gordel-insinuaties’. ‘Omtzigt is ongelooflijk vasthoudend’, zegt streekgenoot en ex-VVD-Kamerlid Han ten Broeke nu. ‘Hij heeft een enorm gevoel voor recht en plicht en dat maakt hem interessant en populair, maar hij kan een coalitie tot wanhoop drijven. Telkens weer die vragen, nóg meer tijdlijnen.

Inmiddels is Omtzigt, die in 2017 doorschiet naar plek vier op de lijst, weer gebonden aan coalitiebelangen. Bij het aantreden van Rutte III geldt de eigenzinnige CDA’er als een potentieel risico voor de broze meerderheid, maar het is Omtzigt zelf die aan het wankelen komt als blijkt dat hij een nepgetuige van de MH17-ramp heeft gefaciliteerd. De CDA’er moet door het stof, maar weet zich uiteindelijk te herpakken. Hij krijgt het voordeel van de twijfel. Het is de paradox van Omtzigt: hij is een inhoudelijke dossiervreter, maar tegelijkertijd een behendig marketeer. Weinig van wat hij doet, blijft onopgemerkt. Als rapporteur van de Raad van Europa heeft hij een kritisch rapport geschreven over de situatie op Malta, maar inmiddels laat Omtzigt zich aanleunen dat hij daar persoonlijk de regering ten val bracht. ‘Dat doe ik ook niet iedere dag’, zegt hij dan quasi-bescheiden bij een uitzending van WNL.

Duidelijk is het dat de ervaringen met sensibiliseren van Omtzigt bij de leden van het huidige kabinet niet erg hoopvol waren…..zouden ze dan ook gegrinnikt hebben bij de opmerking van Hoekstra…of zou hun angst/zorgen voor Omtzigt overheerst hebben….!?

Hoekstra en de Jonge en de notulen

Direct reageren op de de stevige berichten van RTL heb ik niet gedaan. Natuurlijk leek het mij ook erg ongepast wat gebeurde in de ministerraad van 2019. Maar een goede bestudering van de notulen geven mij toch een beetje ander beeld.

Hoekstra: sprak niet alleen over sensibiliseren, maar in de bijzin noemt hij ook heel duidelijk en mogelijk met de nodige zelfspot dat Omtzigt sensibiliseren niet veel zin had. Iedereen die de historie kent zal bij zo’n opmerking gegrinnikt hebben. Wiebes en Rutte weten het dan ook als geen ander dat dit sensibiliseren eerder een opmerking van cynische CDA zelfspot moet zijn geweest dan een serieus plan om Omtzigt even op andere gedachten te brengen. Hoekstra heeft echt meer inzicht dan RTL Nieuws deed voorkomen.

De Jonge: Opvallend is wel dat het juist de Jonge is die in de notulen zeer nadrukkelijk vraagt om de vragen van Omtzigt netjes te beantwoorden. Hij weet al langer dan Hoekstra waar Omtzigt toe in staat is, dus het is ook nog eens een logische reactie van de vicepremier van CDA-huize. Omtzigt zal als door een wesp gestoken reageren op KIR-antwoorden. KIR staat voor Kluit-In-Riet. Dus vraagt de Jonge Menno Snel om ‘geef Omtzigt snel voldoende inzicht’.

Grapperhaus: de minister van justitie, oud-advocaat en oud-hoogleraar valt vooral op doordat hij de worstelende Snel hulp aanbied. Ook door zijn kennis van artikel 68 waarschuwt hij voor onvoldoende informatieverschaffing aan de kamer en wil hij Snel daarmee helpen.

Verder zien we een rijtje (in volgorde van fel reageren) die vooral pleit om in het feitenrelaas niet te veel informatie te geven:

  1. Koolmees (de D’66-er die Snel overgehaald heeft om zijn baan op te zeggen en dit probleemdossier van Wiebes uit Rutte II over te nemen):
  2. Rutte die ook nog even wat andere lijntjes richting bijvoorbeeld fiscaal specialist Lobbers legt. Nota bene zonder een woord over de fractievoorzitter Klaas Dijkhof. Ook al vreemd
  3. Carola Schouten, al genoemd.
  4. Van Nieuwenhuizen die de stelling coalitie-politici mogen niet kritischer zijn dan oppositie-politici introduceert. Een bizarre stelling. Maar als je dan een erg kritische oppositie hebt (Renske Leijten bijvoorbeeld) dan krijg je ook flink last van je partijgenoten…dan is het ook wel weer erg duaal…
  5. Van Ark, moet Snel helpen niet te veel, niet te weinig informatie te verschaffen;
  6. Kaag geeft aan dat er juist informatie verstrekt moet worden, maar geeft in bijzin aan dat het allemaal wel binnen de kaders moet (die het kabinet bepaald?). Na de nacht van Wiegel en het in één keer neerhalen van kopman Tom de Graaf van haar partij heeft D’66 natuurlijk ook wel iets ‘geleerd’ rondom dualisme of sensibiliseren….Wiegel torpedeerde als regeringspartij in de eerste kamer het kroonjuweel van D’66…

Wie we verder eigenlijk helemaal niet constructief horen is Erik Wiebes. Hij heeft wel veel inbreng, maar dat zijn geen oplossingen voor het probleem. En dat terwijl hij naast Frans Weekers een ervaringsdeskundige op het vlak van Omtzigt-onderzoeken is….

De rode draad in deze notulen is wel dat de ministerraad met Omtzigt, Leijten, Arzarkan en Lodders erg bezig is. Een ministerraad met een Menno Snel die het eigenlijk ook niet meer weet en zich afvraagt of de genoemde 4 niet meer informatie boven tafel halen dan zijn ambtenaren. Kortom een ministerraad in de stress…een toonbeeld van flink dualisme. Zo zou het wellicht dus ook moeten…..

Paralellen met Hoogeveen?

In Hoogeveen hebben we geen toeslagenaffaire. We hebben met IJZ-combi of het huidige jeugdzorg-dossier wel onderwerpen waar de raad en zeker het CDA haar tanden in gezet heeft. En waar wethouders en daarachter de ambtelijke staf het de afgelopen jaren ook niet echt weet. Vele vragen, ik stelde er vanaf 2019 een kleine 60 en Peter Koekoek deed daar vervolgens niet voor onder. Maar steeds weer wilde het lukken dat Hoogeveen grote tegenvallers in de jeugdzorgkosten had. En dat terwijl instellingen steen en been klaagden over financiële problemen…Handenvol suggesties uit andere gemeente die (!) mogelijk ook in Hoogeveen zouden werken werden aangedragen. In het kader van ‘repareer het dak waar het lekt’ gingen we als CDA in 2020 zelfs zo ver dat we hebben gepleit voor een raadsakkoord en volgens een sollicitatieronde voor een college wat dat wel kon uitvoeren. Wat super opvallend is geweest is dat Erik Giethoorn niet probeerde te werken met sensibiliseren van raadsleden of zijn ‘eigen’ raadsfractie. Het sensibiliseren ging eerder de andere kant op. Had B&W zich wel voldoende gerealiseerd dat het CDA steeds gefrustreerder raakte doordat de werkelijke problemen niet werden aangepakt. Met als dieptepunt juni 2020 het met externe adviseurs opgestelde rapport ‘samenredzaamheid van Hoogeveen’. En prima analyse, prima titel, interessante aanpak, maar het vooral naar verleden wijzen en het niet zoeken van oplossingen in de pijnpunten van 2020 was een druppel die de emmer deed overlopen. Hoe zit het eigenlijk met de openbaarmaking van de notulen van een college van B&W, zou die eigenlijk toch ook wel eens willen lezen. Zou het woord sensibiliseren of een Drentse variant (e’m proaten) daarin ook terug te vinden zijn?

De 10 lessen van dit alles

Ik heb geen enkel probleem met sensibiliseren. Wel met intimideren. Daarom is het goed dat een grondwet is, maar vooral goed dat leden een kieslijst bepalen!  Daarom deze 10 lessen…..

  1. Ministers of collegeleden mogen sensibiliseren wat ze willen, maar een volksvertegenwoordiger staat voor haar of zijn eigen mening
  2. Volksvertegenwoordigers moeten niet bang zijn voor hun plaats op de kieslijst. Dus carrière-politici moeten m.i. met argusogen bekeken worden. De grondwet beschermd een politicus, maar partijen (leden) moeten hun kritische vertegenwoordigers beschermen!
  3. Openbaarheid van stukken is goed, maar goed en kritisch lezen moet dan ook.
    Niet alle stukken zullen openbaar worden, je moet ook in de politiek eens ‘van je af kunnen denken’ zonder dat het in de krant staat. Dat komt creatieve processen ten goede.
  4. Lekken moet niet nodig zijn en mag als deloyaal gedrag uitgelegd worden.
  5. Iedere fractie moet minimaal één Pieter Omtzigt hebben. Liefst meer….maar ook weer niet meer dan 50%….
  6. CDA heeft met pijn en moeite moeten ontdekken dat Pieter Omtzigt juist erg gewaardeerd moet worden
  7. Politici moeten altijd met voorkeursstemmen verkozen worden. Echter andersom zou een kiesdrempel voor individuele leden er ook moeten komen, daarmee moeten kandidaten werken aan hun eigen steun en dus naar de kiezers toe! Er is één kamerlid met maar 256 stemmen vanuit heel Nederland! Wat voor mandaat heb je dan….
  8. Omtzigt moet blijven en het CDA moet hem (verder) koesteren en steunen!
  9. Word lid van een politieke partij en ga naar de ledenvergadering waar een kieslijst wordt vastgesteld en…..
  10. Baseer je stem niet op alleen informatie van bestuur en zeker niet alleen krant of facebook….! 

Ad 10, ik pleit dan voor het ‘mijn’ partij, het CDA. Vul even de enquête in en aan het einde kun je aangeven of je ook wat wilt bijdragen aan de Christendemocratische politiek. De partij van o.a. Pieter Omtzigt…

Inwonerpeiling CDA Hoogeveen (google.com)

Of wordt gewoon lid:

Word lid van het CDA